Seksuele opvoeding: Anticonceptie

Deze bijdrage bevat een lesvoorbereiding en twee werkbladen. 

De lesvoorbereiding omvat volgende doelen:

1. De leerlingen verwoorden in eigen woorden, met behulp van gepast didactisch materiaal, om welke voorbehoedsmiddelen het gaat en welke voorbehoedsmiddelen ze waarnemen.
2. De leerlingen verwoorden in eigen woorden wat de functie is van elk voorbehoedsmiddel en hoe elk voorbehoedsmiddel moet worden gebruikt.
3. De leerlingen verwoorden in eigen woorden wat de juiste methode is om een condoom aan te brengen om een penis.
4. De leerlingen rollen elk om beurt op de juiste manier een condoom om een neppenis.
5. De leerlingen vullen per twee een werkblad in, na het OLG over voorbehoedsmiddelen.
6. De leerlingen verwoorden wat de functie, naam en gebruik van elk voorbehoedsmiddel is.
7. De leerlingen linken de juiste naam van een voorbehoedsmiddel aan de juiste afbeelding.
8. De leerlingen stellen per twee een expertengroep samen en bereiden zich voor om te spreken over een voorbehoedsmiddel, dat ze van de leerkracht krijgen toegewezen.
9. De leerlingen halen relevante informatie over voorbehoedsmiddelen uit de uitleg/omschrijving die ze krijgen van hun medeleerlingen.

Werkblad één toont acht afbeeldingen van voorbehoedsmiddelen. Het is de bedoeling dat de leerlingen de kenmerken van deze voorbehoedsmiddelen herkennen.

Werkblad twee omvat een invulstructuur, als leidraad bij de korte spreekoefening over voorbehoedsmiddelen.