Aan de hand van zeeslag oefenen de leerlingen het stellen van correcte ja-nee. Zo komen ze de plaats te weten van het schip van de tegenpartij. 

Deze interactieve oefening hoort bij deel 4 les 5 van de methode. In deze oefening wordt geoefend op instructietaal, instructiewoorden en vraagwoorden. 

De onderwerpen die aan bod komen, zijn:

• verschil meerkeuzevraag en meervoudige vraag; …

Met deze eduscape oefen je de leerstof taaldenken na thema 8 van de methode Talent 3.

Volgende leerstof wordt ingeoefend:

• het onderwerp aanduiden in een zin;
• de persoonsvorm aanduiden in een zin;
• het onderwerp verbinden met de rest van de zin; …

Met deze werkblaadjes (dagstarters) oefen je de leerstof taalbeschouwing uit thema 1 en 2 van de methode Talent 3.

Volgende leerstof wordt ingeoefend:

• ja-neevragen maken;
• alfabetisch rangschikken;
• zelfstandige naamwoorden en eigennamen.

Met deze werkbundel wordt volgende leerstof rond taalbeschouwing ingeoefend:

• bijvoeglijke naamwoorden, zelfstandige naamwoorden, lidwoorden en werkwoorden aanduiden;
• meervoud en verkleinwoord noteren;
• verwijswoorden;
• persoonsvorm, onderwerp en rest …

Leerlingen lossen opdrachten op rond het vinden van het onderwerp en de persoonsvorm. Door de opdrachten correct op te lossen krijgen ze tips over het dier dat ontsnapt is uit de dierentuin.

Er zijn opdrachten op drie verschillende niveaus …

Met deze werkbundel kunnen leerlingen zich voorbereiden op de eindtoets taal voor het vierde leerjaar.

Volgende leerstof wordt ingeoefend:

• zinnen aanvullen met het gevraagde zinsdeel;
• ja-neevraag maken van een zin;
• onderwerp en persoonsvorm aanduiden …

Met deze taak oefenen de leerlingen een ja-neevraag vormen en de persoonsvorm in een zin te vinden.

Met deze werkbundel oefenen leerlingen de leerstof taalbeschouwing in thema brandweer.

Volgende oefeningen komen aan bod:

• rijmwoorden,
• werkwoorden aanduiden,
• samenstellingen,
• zinnen langer maken,
• ja-neevragen maken,
• hoofdletters.

Oefeningen op de zinsconstructie:

• zinnen met (niet) graag,
• zinnen met gaan of kunnen + infinitief,
• inversiezinnen,
• samengestelde zinnen met een voegwoord,
• negatiezinnen met niet, geen en nooit.

In deze taalbundel wordt volgende leerstof ingeoefend:

• ja-neevraag maken;
• onderwerp en persoonsvorm;
• stam en infinitief;
• werkwoorden vervoegen in de tegenwoordige en verleden tijd.

Leerlingen krijgen zinnen met volgende opdrachten:

• ja-neevraag maken,
• persoonsvorm zoeken,
• onderwerp aanduiden,
• lidwoorden zoeken,
• bijvoeglijke naamwoorden zoeken,
• zelfstandige naamwoorden aanduiden.