Geef de juiste vervoeging van het gevraagde werkwoord in de indicatif présent.

Een korte herhalingsquiz rond de vervoeging in de indicatif présent van de werkwoorden uit de methode.

Link met oefeningen op de woordenschat van alle missions uit de methode. Je kan deze live in je klas spelen of als zelfstudie laten doen.

Veertig bijvoeglijke naamwoorden vallen uit de wolken. Herken de vrouwelijke vorm van twintig onder hen, vang ze en verzamel zoveel mogelijk punten.

Oefening op veertig belangrijke en vaak gebruikte bijvoeglijke naamwoorden.

Flitskaarten om de woordenschat van module 7 uit de methode in te studeren. Daarnaast heb je ook de mogelijkheid om de woordenschat verder in te oefenen met een test, een spelletje of een woordenlijst.

Flitskaarten om de woordenschat van module 5 uit de methode in te studeren. Daarnaast heb je ook de mogelijkheid om de woordenschat verder in te oefenen met een test, een spelletje of een woordenlijst.

Flitskaarten om de woordenschat van module 4 uit de methode in te studeren. Daarnaast heb je ook de mogelijkheid om de woordenschat verder in te oefenen met een test, een spelletje of een woordenlijst.

Flitskaarten om de woordenschat van module 3 uit de methode in te studeren. Daarnaast heb je ook de mogelijkheid om de woordenschat verder in te oefenen met een test, een spelletje of een woordenlijst.

Flitskaarten om de woordenschat van module 2 uit de methode in te studeren. Daarnaast heb je ook de mogelijkheid om de woordenschat verder in te oefenen met een test, een spelletje of een woordenlijst.

Flitskaarten en oefeningen om de woordenschat uit module 8 acte 3 in te oefenen.

Flitskaartjes of oefeningen om de woordenschat uit module 8, acte 1 les structures in te oefenen.