Weg met cyberpesten

Pesten via nieuwe media noemen we cyberpesten. Bijvoorbeeld via e-mail, sms-berichten, sociale media, chats, apps … Het gebruik van technologie leidt ertoe dat jongeren zich minder geremd voelen om tot pesten over te gaan. Zo worden bijvoorbeeld foto’s gedeeld die het slachtoffer in een slecht daglicht zetten, het slachtoffer wordt uitgesloten in communities of uitgescholden.

Niet alle negatieve acties van jongeren op het internet zijn cyberpesten. Er wordt pas van pesten gesproken als het negatieve gedrag aan drie kenmerken voldoet:

  1. De dader wil de andere kwetsen.
  2. De dader heeft meer macht dan het slachtoffer.
  3. De negatieve acties komen meer dan één keer voor.  

Wie wordt slachtoffer?

Sommige jongeren krijgen sneller te maken met cyberpesten dan anderen. Factoren die hierbij een rol kunnen spelen, zijn leeftijd, afkomst, zwaarlijvigheid en depressie. Veel slachtoffers worden tegelijkertijd ook in het echte leven gepest. Een kleine groep, soms ook populaire leerlingen, worden alleen gecyberpest.  

Wie zijn de daders?

Meestal zijn de cyberpestkoppen zelf ook kwetsbaar. Het zijn jongeren die gedragsproblemen hebben of zichzelf moeilijk kunnen controleren. De band met hun ouders of leerkrachten verloopt moeizaam. Ze hebben last van lichamelijke klachten en denken vaak ook aan zelfdoding. De helft van de jongeren die anderen online uitsluiten draagt de dubbele rol van slachtoffer en pester. Het is dus belangrijk om iedereen hulp te bieden en te ondersteunen.  

Welke gevolgen heeft cyberpesten?

Er wordt vaak gedacht dat cyberpesten niet zo erg is als gewoon pesten. Er is dan wel geen fysiek geweld, toch heeft cyberpesten negatieve invloed op jongeren. Cyberpesten en gewoon pesten overlappen elkaar meestal, daardoor ervaren jongeren nog meer negatieve gevolgen.  


De slachtoffers hebben vaak last van klachten zoals buikpijn, hoofdpijn, futloosheid, humeurigheid, slecht slapen, zenuwachtigheid … Het risico op zelfdoding is drie keer zo hoog bij slachtoffers van cyberpesten.

Welke vormen vinden slachtoffers het ergst?

Het cyberpesten met video’s en foto’s wordt als erger ervaren dan het cyberpesten via bijvoorbeeld chat of sms. Bij jongeren die meermaals gepest worden, is het negatieve effect groter.  

Wat kan de school doen?

Enerzijds is het belangrijk om je leerlingen inzicht te geven in de werking van ICT.  Anderzijds moeten we hen activiteiten en lessen aanbieden over e-safety, mediawijs handelen en nettiquette. Het uitwerken van een integrale schoolaanpak wordt aanbevolen.  

Maak cyberpesten bespreekbaar op jouw school. Stel een werkgroep samen, leg extra accenten in het antipestbeleid en installeer meerdere, laagdrempelige meldpunten. 

 

Let op: dit is slechts een selectie uit de leermiddelen over cyberpesten.

Door KlasCement | Bijgewerkt:
© Getty images