In deze woordzoeker ga je op zoek naar de woorden uit woordpakket 20 van de methode Tijd voor Taal accent 3.

In deze woordzoeker ga je op zoek naar de woorden uit woordpakket 19 van de methode Tijd voor Taal accent 3.

Je oefent o.a. rond woorden die eindigen op -e, -en(s), -el(s) of -er(s).

In deze woordzoeker ga je op zoek naar de woorden uit woordpakket 8 van de methode Tijd voor Taal accent 3.

Je oefent rond verkleinwoorden op -je.

In deze woordzoeker ga je op zoek naar de woorden uit woordpakket 25 van de methode Tijd voor Taal accent 3.

Je oefent o.a. rond woorden met d of t.

In deze woordzoeker ga je op zoek naar de woorden uit woordpakket 24 van de methode Tijd voor Taal accent 3.

Je oefent rond woorden waarbij je moet verenkelen en verdubbelen.

In deze woordzoeker ga je op zoek naar de woorden uit woordpakket 23 van de methode Tijd voor Taal accent 3.

Je oefent de spelling van woorden met ij en ou.

In deze woordzoeker ga je op zoek naar de woorden uit woordpakket 22 van de methode Tijd voor Taal accent 3.

Je oefent o.a. rond de spelling van woorden met -aai, -ooi, -oei, -eeuw en -ieuw.

In deze woordzoeker ga je op zoek naar de woorden uit woordpakket 21 van de methode Tijd voor Taal accent 3.

Je oefent de spelling van woorden met ei, au en ui.

In deze woordzoeker ga je op zoek naar de woorden uit woordpakket 18 van de methode Tijd voor Taal accent 3.

Je oefent o.a. rond woorden met de voorvoegsels be-, ge- en ver-.

In deze woordzoeker ga je op zoek naar de woorden uit woordpakket 17 van de methode Tijd voor Taal accent 3.

Je oefent rond woorden waarbij je moet verenkelen en verdubbelen.

In deze woordzoeker ga je op zoek naar de woorden uit woordpakket 16 van de methode Tijd voor Taal accent 3.

Je oefent o.a. rond verkleinwoorden en woorden met g(t) of ch(t).

In deze woordzoeker ga je op zoek naar de woorden uit woordpakket 15 van de methode Tijd voor Taal accent 3.

Je oefent o.a. rond woorden met eeuw, ieuw en uw, woorden met nk en woorden met gt of cht.