De kinderen kunnen op de ballen een minoefening tot 10 zien. De bedoeling is dat ze deze bal in de juiste goal leggen.
Herhaal de leerstof meten en metend rekenen via dit hoekenwerk met doorschuifsysteem. De herhaling bevat opdrachten over de liter, kg, euro en lijnstukken.
Opdrachten rond rekentaal: betekenis van bewerkingstekens, vermeerderen, verminderen, quotiënt, product, dubbel ...
Oefen de rekentaal tot 100 met begrippen zoals net voor, net na, tussen, vijfvoud ...
Oefen met het werkblad op de dagen van de week en de begrippen eergisteren, gisteren, vandaag, morgen en overmorgen. Met de opdrachten werk je ook aan het inoefenen van schooltaal: omcirkel, omkring, doorkruis, doorstreep, onderlijn, onderstreep ...
Een vereenvoudigde versie van Yahtzee.
Leren over de helft en het dubbel van getallen tot 20.
Een verticale getallenlijn met getalbeelden.
De leerlingen matchen de analoge klokken met de digitale tijden.
Hoe heten de verschillende onderdelen van een breuk? Wat is een noemer? En wat is een teller?