Deze quiz is gemaakt naar aanleiding van de Week van het Nederlands en gaat over jongerentaal.
Herken jij de volgende woorden in jongerentaal?

Loti-Bot is de nieuwste robot van TTS-Group. Deze robot werkt met de programmeertaal Blockly. Je bestuurt de robot met behulp van een tablet en de gratis Loti-Bot app. 

Je kunt met Loti-Bot heel nauwkeurig meetkundige figuren tekenen op papier. …

Dit werkwoordschema helpt bij het vervoegen van de werkwoorden. Eerst wordt er onderscheid gemaakt tussen PV (elastiek omdat het zich aanpast aan de persoon en aan de tijd) en VD (steen = vaste vorm).

Dit is een verrijking bij het …

Leerlingen bedenken stapsgewijs hun eigen droomland. Nadien stellen ze hun droomland via een PowerPointpresentatie voor aan de klasgenoten. 

In deze toets dienen de leerlingen:

• het voorzetselvoorwerp in een zin aan te duiden;
• de kern bij een bepaling aan te duiden.

De leerlingen bekijken een fragment van KLAAR over online pesten. Hierbij wordt gewerkt met open vragen, stellingen, een verbindoefening en tot slot een korte zelfevaluatie.

Gauth is een online platform en mobiele app die helpt bij het oplossen van wiskundeproblemen. Daarnaast kan je ook hulp vragen voor andere vakken zoals biologie en chemie of voor schrijfopdrachten. Gebruikers kunnen een vraag typen, een …

Aan de hand van verschillende beeld-, geluids- en tekstfragmenten gaan leerlingen intensief aan de slag met mythes. Ze maken kennis met oudere interpretaties en krijgen een andere kijk op de mythe, vertrekkend vanuit het vrouwelijk perspectief.

In deze presentatie wordt zinsleer herhaald. De onderwerpen die aan bod komen, zijn:

• onderwerp;
• WWG/NWG;
• lijdend voorwerp;
• meewerkend voorwerp;
• bepalingen.

In deze online quiz wordt de spelling van het verkleinwoord ingeoefend.

Deze instapoefening gaat over de spelling van het werkwoord.

In deze presentatie moet telkens het werkwoord in de infinitief door de leerlingen in de juiste tijd en vorm ingevuld worden.

In deze presentatie verschijnt telkens een zin waarin een (of meer) hoofdletterfout(en) staat. De leerlingen raden de fout. Dit kan op verschillende manieren:

• hand opsteken;
• naar voor komen en de fout aanduiden;
• alle leerlingen schrijven op een …