Het prentenboek van Ollie en Olivia wordt ondersteund door een educatieve applicatie. In de applicatie oefenen kinderen met cijfers, buurgetallen, sommen, schaduwen, schrijfpatronen, woordenschat en nog veel meer. Er zijn vier verschillende …

In deze les ontdekken leerlingen aan de hand van een artikel wat merchandising is en hoe het werkt.

De les integreert de vijf sleutels voor effectief leesonderwijs:

• functionaliteit, doordat de tekst aansluit bij hun interesses en een betekenisvol …

Aan de hand van deze opdracht werken je leerlingen aan woordenschatuitbreiding.

• In bijlage 1 wordt een voorbeeld gegeven van een lijst die aangevuld kan worden. Deze wordt gedeeld met de betrokken leerlingen (bv. via OneDrive).
• In bijlage 2 wordt de …

Steeds meer jonge mensen kunnen, als gevolg van noise cancelling niet meer tegen omgevingsgeluiden. Leerlingen lezen het artikel en beantwoorden de meerkeuzevragen. 

Kleur de boer of de boerderijdieren met de juiste kleuren. Tel de stippen en volg de kleurcode.  

In deze spellingsoefeningen oefenen je leerlingen op de bezitsvorm, het meervoud en het verkleinwoord. Naast het werkblad, is ook de verbetersleutel toegevoegd.

Bron: Spelling: Theorie en oefeningen door Charline Claeys

Dit groepswerk handelt rond oude (volks)sprookjes. Elk groepje krijgt een minder bekend sprookje toebedeeld. Er is telkens een link naar de tekst en/of een link naar (een fragment uit) een animatiefilmpje of luisterspel toegevoegd. De bedoeling is …

Deze tekstanalyse is gemaakt bij het onderdeel romantiek en realisme. De leerlingen lezen een fragment uit het boek Norwegian Woods van Haruki Murakami. Het is de openingsscène van het boek. Vervolgens analyseren ze de metaforen en thema's in …

Maak de mozaïek in de juiste kleuren na. Je kan ook zelf een patroon maken en nadien nabouwen. 

Bouw het patroon in de juiste kleur na. 

Gebruik je het spel op een laptop, dan oefen je ook het dubbel klikken met de linkermuisknop in. 

In deze invuloefening wordt geoefend op woordvolgorde. De begrippen vraagzin, hoofdzin en bijzin komen aan bod. 

In deze invuloefeningen worden de signalen van tijd, chronologie, duur en frequentie ingeoefend.