Verkleinwoorden: Spelling en taalbeschouwing


Via het eerste werkblad oefenen de kinderen het rubriceren van verkleinwoorden volgens opbouw (grondwoord + -je, -tje, -pje, -etje, -kje, grondwoord eindigt op a, o, u, i). De woordkaarten uit het extra bestand kunnen klassikaal aan het bord gesorteerd worden waarna de leerlingen de woorden op het werkblad in het juiste vak schrijven.

Op het tweede werkblad staat een oefening taalbeschouwing. De leerlingen denken na over speciale verkleinwoorden en sorteren deze volgens kenmerk: lange klank in verkleinwoord, korte klank in grondwoord, woord bestaat niet in het 'groot', verkleinwoorden met apostrof, grondwoorden op é en op ee, ie, oe, ui.

Meld aan of registreer om dit leermiddel volledig te bekijken

Registreren vraagt maar één minuut.
Leraren delen lesmateriaal en -inspiratie met jou
  • gratis lesmateriaal;
  • voor alle leeftijden en vakken;
  • makkelijk doorzoekbaar op lesonderwerp.
Registreer   Veilig en gratis
Je bent al lid?
Leerkracht

Ontdek ook